'Mooie woorden...'
*
Nu alle aandacht gericht is op de totstandkoming
van het nieuwe verkiezingsprogramma is het wellicht aardig om
toch ook nog eens even stil te staan bij het 'oude' programma:
D66 geeft de politiek gezicht! Per slot van rekening is
dat het gemeenteprogramma 1994-1998. Ik heb niet de indruk dat
het programma er in de praktijk nog vaak op nageslagen wordt.
En of iedereen ook zo wel weet wat erin staat, betwijfel ik. Het
is dan ook de vraag wat er terechtkomt van de naleving van art.
061.4 van het Huishoudelijk Reglement (HR) waarin is bepaald:
"Kandidaten voor het lidmaatschap van de gemeenteraad
zijn gehouden het gemeenteprogram naar beste vermogen uit te
voeren."
Vier jaar geleden heb ik voor de Algemene Afdelingsvergadering
(AAV) op 16 november 1993 waarin het gemeentelijke verkiezingsprogramma
1994-1998 besproken werd, een zevental amendementen ingediend.
Het voert te ver om ze hier allemaal de revue te laten passeren.
Maar bij het eerste en het laatste amendement wil ik toch
even stilstaan.
radicaal
Het eerste amendement (nr. 2) betrof de toevoeging
van het woord 'radicale' in de openingszin van hoofdstuk
1, punt 1.1 (Uitgangspunten D66). Hoewel ik mij hierbij rechtstreeks
op art. 03.1 van de Statuten van D66 baseerde, meende de programmacommissie
het amendement te moeten ontraden
Gelukkig deelde de AAV
dit standpunt niet en werd bovengenoemde openingszin gewijzigd
in: "Het doel van D66 is de radicale democratisering van
de samenleving, vernieuwing en verlevendiging van de politieke
cultuur." De toevoeging van het woord 'verlevendiging'
was het gevolg van het overgenomen amendement (nr. 1) van Frans
Pingen. Of zijn opmerking "Alle punten uit ons verkiezingsprogramma
zijn verwezenlijkt" (De Gelderlander, 5 april
1997) ook hierop slaat, is mij niet duidelijk. Ik heb inmiddels
wel begrepen dat in plaats van 'alle' blijkbaar 'de meeste' gelezen
moet worden, maar ik vrees dat ook daarbij de selectie van de
punten bepalend is voor de uitkomst.
De radicale democratisering van de samenleving laat
in ieder geval nog duidelijk te wensen over. Ik zou dat willen
illustreren aan de gang van zaken met betrekking tot mijn laatste
amendement (nr. 21) uit 1993: "Voorts is D66 voorstander
van meer invloed van burgers en/of de gemeenteraad op de besluitvorming
inzake het aanbod van radio- en televisiezenders via het Nijmeegse
kabelnet." Ik heb daar als eens eerder iets over geschreven
(Groene Golf, jrg. 16, nr. 4, 1995; pag. 17-19). Ook dit
amendement werd in 1993 door de programmacommissie ontraden, maar
na enige discussie door de AAV aangenomen.
naïef
Je zou verwachten dat gemeenteraadsleden (zowel fractie als wethouders),
niet-raadsleden in de commissies, en ook het afdelingsbestuur
zich aan zo'n duidelijke uitspraak van de AAV iets gelegen zouden
laten liggen. Maar dat is blijkbaar een heel naïeve gedachte
van mij...
Al bij de gedrukte versie van het verkiezingsprogramma
ging het mis: de tekst van amendement nr. 21 ontbreekt! Dat ontslaat
in mijn ogen echter niemand van de verplichting om het programma,
inclusief dit amendement, naar beste vermogen uit te voeren. Bovendien
heb ik iedereen er - zowel mondeling als schriftelijk en sinds
enige tijd ook per e-mail - 'tot vervelends toe' aan herinnerd.
Het heeft niet mogen baten. Niets met betrekking
tot de gang van zaken rond de kabel wijst erop, dat met dit
punt uit het verkiezingsprogramma ook daadwerkelijk iets gedaan
is (behalve dan een vergadering van de 'Denktank D66' op
31 augustus 1995).
In plaats van de invloed op de besluitvorming inzake
het aanbod van radio- en televisiezenders via het Nijmeegse kabelnet
te vergroten, is het gemeentebestuur er - onder aanvoering van
de verantwoordelijk D66-wethouder Henk Janssen en met de volledige
steun van de D66-fractie - in geslaagd door de zogenaamde 'verkoop'
van de machtiging alle zeggenschap over de kabel kwijt
te raken.
programma-adviesraad
Natuurlijk werd er bij de verkoop aan de NV TeleKabel
(voor een bedrag van 285,- per abonnee) een doekje voor het
bloeden in het vooruitzicht gesteld: de Programma-adviesraad
Gelderland-Zuid (PAR). Dit aspect kwam overigens - net als
de afspraken over de tarieven - bij Raadsvoorstel
155/1996 alleen in de toelichting ter sprake.
De PAR waarvan de leden de eerste maal door de directie
van de NV en daarna langs de weg van coöptatie worden benoemd,
is een alles behalve democratische organisatie. Ik zou bijna heimwee
krijgen naar de Stichting Zuidgelderse Machtigingshouders van
Draadomroepinrichtingen (ZGMD). In raad zitten 4 leden uit Nijmegen, die
samen met de andere leden (11) geacht worden representatief te zijn voor
"de belangrijkste in het verzorgingsgebied van het regiobedrijf
van de NV voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige en
geestelijke stromingen [..]" (art. 3, lid 2 Reglement
programma-adviesraad).
Opmerkelijk is ook de hoogte van het bedrag dat de
NV jaarlijks beschikbaar stelt voor de kosten verbonden aan
de werkzaamheden van de raad: 5000,- (ter vergelijking:
voor de 5 leden tellende Adviescommissie homo-/lesbisch beleid
trok de gemeenteraad op 4 november 1992 10.000,- uit; Raadsvoorstel
214/1992). De kosten welke verbonden zijn aan de werkzaamheden
van deskundigen en/of marktonderzoek kunnen in rekening gebracht
worden van de NV, maar dan wel alleen na overleg met en instemming
van de directie.
Over de wijze waarop de PAR contacten met de burgers
(abonnees) denkt te onderhouden, tast ik volledig in het duister.
Mijn plan om de Nijmeegse leden van de adviesraad persoonlijk
te benaderen met mijn specifieke wensen voor het Nijmeegse kabelnet,
strandde op de mededeling van de NV TeleKabel: "Uit privacy
overwegingen worden de namen en adressen van programma-adviesraadleden
op hun verzoek niet aan derden bekend gemaakt." (brief
d.d. 22 april 1997).
Directe invloed van burgers is dus (vrijwel) onmogelijk.
En dan heb ik het nog maar even niet over het gebrek aan openbaarheid
inzake de vergaderingen en uitgebrachte adviezen van de PAR, en
het feit dat voor de raad tegen het niet nakomen van een advies
door de directie beroep open staat bij diezelfde directie (waarna
de directie mag aangeven waar arbitrage gevraagd kan worden).
prijs
Belangrijker nog dan wat er via de kabel doorgegeven
wordt, zijn de keuzemogelijkheden voor de abonnees (lees: de burgers)
en hoeveel zij voor het aanbod moeten betalen. De voortschrijdende
techniek maakt het mogelijk om vrijwel alles door te geven. Maar
daar hangt natuurlijk wel een prijskaartje aan! En de besluitvorming
daarover kan mijns inziens maar beter niet uitsluitend en alleen
aan de kabelexploitant overgelaten worden.
Het is mij een raadsel dat de Raad van de gemeente
Nijmegen zich bij de besluitvorming over de Verkoop kabel/machtiging
niet of nauwelijks heeft afgevraagd waarom de NV TeleKabel
bereid was om daarvoor een bedrag van circa 18 miljoen gulden
(= 285,- per abonnee) te betalen en waarvoor
precies. TeleKabel is immers geen filantropische instelling
die zich ten doel stelt de Gemeente Nijmegen te subsidiëren...
En de door de minister van Verkeer en Waterstaat verleende machtiging
was niet overdraagbaar (hoewel de gemeenteraad in beslispunt 1
van Raadsvoorstel 155/1996 voorgesteld wordt akkoord te gaan met
overdacht van de machtiging tegen een bedrag van 285,- per
abonnee).
Er is weinig fantasie voor nodig om te bedenken,
dat dit bedrag vroeg of laat dubbel en dwars door de Nijmeegse
burgers terugbetaald moet worden. Dat er volgens de toelichting
bij het raadsvoorstel bepaalde prijsafspraken zijn gemaakt (voor
3 jaar en met terugwerkende kracht tot 1 januari 1996), doet hieraan
niets af. Tijdens een gecombineerde commissievergadering op 30
september 1996 heb ik daar dan ook op gewezen en gewezen op de
lastenverhoging voor de burgers: "Als er een prijsverhoging
van 10,- per maand zou komen, is dat 8 miljoen op
jaarbasis binnen Nijmegen." In zijn antwoord wees wethouder
Henk Janssen echter geruststellend op de prijsafspraak voor 3
jaar: "In die drie jaar zal de prijs alleen stijgen als
het gaat over de index."
Op 16 november 1996 ging de meerderheid van de gemeenteraad akkoord
met het raadsvoorstel; alleen de fracties van de SP (3) en De Groenen (1)
stemden tegen.
Ik laat mij graag nog eens door de fractie uitleggen hoe ik dit
moet rijmen met het verkiezingsprogramma 1994-1998, hoewel ik
vrees dit onbegonnen werk is. Dit punt moet in ieder geval aangemerkt
worden als een van de zaken uit het verkiezingsprogramma die niet
gerealiseerd zijn!
Met de intrekking op 29 november 1996 van de aan
het bestuur van de gemeente Nijmegen verleende machtiging voor
de aanleg, de instandhouding en de exploitatie van een centrale
antenne-inrichting te Nijmegen uit 1987 was het gemeentebestuur zijn invloed
op de besluitvorming inzake de kabel definitief kwijt. Tegelijkertijd
verleende de minister van Verkeer en Waterstaat een nieuwe machtiging
ex art. 21 van de Wet op de telecommunicatievoorzieningen aan
de N.V. TeleKabel te Velp.
opwinding
In april 1997 leidde amendement nr. 21 toch nog tot
enige opwinding binnen de D66-fractie. De reden daarvan was het
feit dat ik de tekst van verkiezingsprogramma - inclusief de in
de gedrukte versie ontbrekende passage - op een van de webpagina's
van D66 afdeling Nijmegen (http://www.d66.nl/afdeling/nijmegen/)
op internet gezet had en Henk Janssen daar per email op
geattendeerd had. Blijkbaar was dit voor hem reden om dit op 7
april 1997 tijdens de fractievergadering aan de orde te stellen,
waarna fractievoorzitter Frans Pingen de ondankbare taak kreeg
om mij telefonisch mee te delen "[..] dat dit natuurlijk
niet kan!". Uiteraard stuitte hij daarbij op het nodige
onbegrip mijnerzijds.
Dat de wethouder en de fractie niet blij zijn met
het feit dat op zo'n manier wellicht de indruk ontstaat dat zij
het verkiezingsprogramma niet altijd even serieus nemen, kan ik
mij heel goed voorstellen. Ik vrees echter dat die indruk juist
is. Ik voel daarom niet geroepen om eraan mee te werken om dit
te verdoezelen.
Daar komt bij dat het niet aan de fractie is om mij
te kapittelen over de inhoud van de digitale versie het verkiezingsprogramma.
Als daarvan al sprake zou moeten zijn, ligt hier op de allereerste
plaats een taak voor het afdelingsbestuur. Maar ook het bestuur
kan niet heen om het besluit van de AAV over amendement nr. 21;
bovendien is (ook) het bestuur in gebreke gebleven om de uitvoering
van dit onderdeel van het verkiezingsprogramma te bewaken. Iedere
poging om in twijfel te trekken dat dit amendement onderdeel uitmaakt
van het verkiezingsprogramma, komt mij tamelijk dubieus voor.
tariefsverhoging
Dat 'de kabel' na de intrekking van de machtiging
nooit meer op de agenda zou staan, bleek al vrij snel een illusie.
Het besluit van de NV TeleKabel om nauwelijks een half jaar nadat
zij machtiginghouder geworden was, per 1 mei 1997 de tarieven
(relatief) fors te verhogen, leidde tot de nodige beroering. De
aankondiging van de tariefsverhoging in een advertentie in De
Brug heb ik blijkbaar over het hoofd gezien. Maar een ingezonden
brief van Henk Jaspers in De Gelderlander van 10 juni 1997
waarin sprake is van een verhoging van 17,50 naar
19,96 (een verhoging met 14 procent), ging niet onopgemerkt
voorbij. Hoe deze bedragen te rijmen zijn met mijn eigen jaarlijkse
afrekening over de periode 31 mei 1996 tot 31 mei 1997 is mij
nog niet duidelijk; daarop staat een totaalbedrag, inclusief BTW,
van 214,24 tegen 208,25 in drie voorafgaande
jaren (tariefcode CAI 50A6). Dat zou alleen al voor de maand mei 1997
een verhoging betekenen van 5,99 betekenen.
Ook ik heb wethouder Henk Janssen natuurlijk nog
diezelfde dag om opheldering gevraagd over de tariefsverhoging.
Een antwoord op mijn faxbericht heb ik nooit ontvangen, maar het stond
wel in De Gelderlander van 13 juni 1997 onder de kop "Wethouder
wil opheldering over tarief TeleKabel" (als je antwoord
wilt hebben, loont het blijkbaar de moeite om een afschrift per
email aan de stadsredactie te sturen). Een tweede bericht
volgde op 21 juni 1997 met als kop "TeleKabel blijft bij
tariefsverhoging". Daarna bleef het stil totdat De
Gelderlander op 28 augustus 1997 meldde: "'Actie tegen
hoger tarief TeleKabel' Nijmegen overweegt rechtszaak".
Omdat er blijkbaar verschil van mening bestaat over
de interpretatie van de overeenkomst waarin (ook) de prijsafspraak
is vastgelegd, heb ik op 24 juni 1997 - met een beroep op de Wet
openbaarheid van bestuur - verzocht om toezending van o.a. een
kopie van die overeenkomst. Vrijwel per kerende post ontving ik
een brief van het college van B&W, waarin mij meegedeeld werd:
"Met toepassing van artikel 6 van de Wet openbaarheid
van bestuur verdagen wij de beslissing op uw verzoek om informatie
over de tariefsverhoging TeleKabel met maximaal twee weken."
Uiteraard kon ik niet nalaten om het college
er op 29 juni 1997 op te wijzen, dat het op grond van
genoemd artikel verplicht is om gemotiveerd mededeling
te doen van de verdaging, en dat het mij volstrekt onduidelijk
was het waarom het mij de gevraagde informatie niet gelijk - geheel
of gedeeltelijk - zou kunnen toezenden (die overeenkomst was voor
het overleg met TeleKabel toch al te voorschijn gehaald!?). Sindsdien
heb ik hierover niets meer gehoord (ook niet na mijn herinnering
van 28 juli 1997), hetgeen mijns inziens typerend is voor de wijze
waarop door het gemeentebestuur uitvoering wordt gegeven aan de
Wet openbaarheid van bestuur.
commissie
In gevallen waarin B&W het laten afweten, wend
ik mij vervolgens meestal tot de gemeenteraad of een vaste commissie
van advies. In dit geval heb ik op 11 augustus 1997 de commissie Milieu,
Verkeer en Vervoer en Coördinatie Integrale Veiligheid een brief
gestuurd, waarna ik tijdens de commissievergadering op 3 september
1997 van voorzitter Henk Janssen 3 minuten de tijd kreeg om mijn brief
die ter kennisname op de agenda geplaatst was, toe te lichten.
Het is 'verbijsterend' te ervaren hoe in zo'n commissie
omgesprongen wordt met burgers die de moeite nemen om zich tot
de gemeenteraad en/of een commissie wenden. Ik heb met plaatsvervangende
schaamte dit schouwspel vanaf de publieke tribune gadegeslagen.
Als het gemeentebestuur de pretentie heeft burgers serieus te
nemen, zal er toch het nodige moeten veranderen (de titel Kiezen
voor verandering van het voor-concept verkiezingsprogramma
1998-2002 spreekt mij dus wel aan). Gelukkig heb ik de nodige
eelt op mijn ziel, maar het blijft voor mij onbegrijpelijk dat
commissieleden zich blijkbaar niets gelegen laten liggen aan mijn
mededeling, [..] dat het college van burgemeester en wethouders de
Wet openbaarheid van bestuur aan zijn laars lapt! Mijn brief werd
slechts voor kennisgeving aangenomen, hetgeen in de praktijk betekent
dat er verder niets mee gebeurt.
In het belang van een goede en democratische bestuursvoering
is het bestuursorgaan verplicht om - gevraagd en ongevraagd -
allerlei informatie te verschaffen. Maar als raads- en commissieleden
daar niet of nauwelijks op toezien dat dit ook daadwerkelijk gebeurt,
wordt het voor belanghebbende en belangstellende burgers wel heel
erg moeilijk om hun inzichten tijdig ter kennis van het gemeentebestuur
te brengen. Zolang burgers onvoldoende over het beleid, inclusief
voorbereiding en uitvoering, worden geïnformeerd, komt er
van de radicale democratisering van de samenleving weinig/niets
terecht!
De eerlijkheid gebiedt mij te melden dat wethouder Henk Janssen tijdens
de commissievergadering toegezegd heeft, dat ik een kopie van bovengenoemde
overeenkomst met TeleKabel kon krijgen. Ik ben heel benieuwd wanneer die in
mijn brievenbus ligt.
Afgesloten: 5 september 1997
*) Bovenstaande bijdrage verscheen in de Groene Golf, het afdelingsblad van de
Nijmeegse Democraten D66, (jrg. 18, nr. 5, 1997; pag. 20-25);
het tweede deel stond in het daaropvolgende nummer
(jrg. 18, nr. 6, 1997; pag. 13-17).
|